Versterk je immuunsysteem deel 2: ons immuunsysteem in het kort!

Versterk je immuunsysteem deel 2: ons immuunsysteem in het kort!

Gepubliceerd: 2 november 2020

Lees hier deel 1.

Er wordt veel gesproken over dat we een belangrijke aanpak missen tegen het corona virus. Niet een die voorkomt dat je corona krijgt, maar een die het risico verlaagt om ernstige complicaties te krijgen. We weten inmiddels dat overgewicht en obesitas het risico op complicaties significant verhogen, maar weten we voldoende welke leefstijl aspecten ons immuunsysteem versterken? De overheid wordt opgeroepen in preventie te investeren, en terecht. Ik pleit ook voor een leefstijl- en preventie campagne die parallel loopt aan de huidige maatregelen. Ik ben echter van mening dat we hiervoor niet op de politiek hoeven te wachten. Daarom dit initiatief, het Weerstand Optimalisatie programma.

In dit deel in het kort; uitleg over ons immuunsysteem

Het immuunsysteem is het verdedigingssysteem van ons organisme tegen ziekten. De functie van het immuunsysteem is zowel externe als interne ziekteverwekkers te bestrijden. Micro-organismen, zoals bacteriën en schimmels, zijn overal om ons heen aanwezig. Ze zijn vaak heel nuttig, zoals bij het afbreken van organisch materiaal, maar helaas zijn er naast die nuttige micro-organismen ook bepaalde typen bacteriën, virussen, parasieten en schimmels waar we ziek van kunnen worden. Er leven ook heel veel micro-organismen in en op ons lichaam, ons microflora. Deze helpen ons o.a. met het verteren van ons eten (ons microbioom) en voorkomen dat ongewenste ziekteverwekkers op deze plaatsen kunnen gaan leven. Gelukkig staat het afweersysteem, dat ook wel het immuunsysteem wordt genoemd, klaar om ons te verdedigen tegen ongewenste ziekteverwekkers.

Naast de bescherming tegen virussen, bacteriën, schimmels en parasieten wordt het immuunsysteem ook ingezet om afvalstoffen en zieke (ontspoorde) lichaamscellen zoals kankercellen op te ruimen en er informatie over op te slaan. Zo leert het lichaam hoe het een virus of bacterie de volgende keer effectief kan verslaan.

Het immuunsysteem draait doorlopend op volle toeren, maar daar merken we pas wat van als er een infectie ontstaat. Dan kunnen we klachten krijgen zoals koorts, pijn of roodheid bij een ontstoken wond. Een gezond afweersysteem is een evenwichtig systeem. Het valt virussen en bacteriën aan, zorgt dat wondjes helen en beschermt zo het lichaam, maar het zorgt er ook voor dat zo’n aanval op het goede moment weer stopt. Dit wordt demping (immuunregulatie) genoemd. Het voorkomt dat de ‘aanvallers’ doorschieten en daarmee weefselschade veroorzaken. Aanval en demping dienen in evenwicht te zijn.

1e afweerlinie: Het uitwendige afweersysteem: huid en slijmvliezen

Ons immuun systeem bestaat uit 3 afweerlinies; 1. Het uitwendige, 2. het aspecifieke (aangeboren) en 3. het adaptieve (verworven) immuunsysteem. Het uitwendige wordt gezien als het eerstelijns afweersysteem, waaronder de huid valt. Andere (chemische) barrières die bij dit systeem horen zijn ons haar, zweet, slijmvliezen, speeksel, talg, transpiratie, luchtwegen, neushaar en trilharen in luchtwegen, tranen en enzymen in het spijsverteringsstelsel, maagzuur, urine en urinewegen. De huid vormt dan ook de eerstelijnsafweer die bestaat uit meerdere lagen van verschillende soorten epitheelcellen. Ook de slijmlaag (boordevol bacteriën) die o.a. de binnenkant van de darmen en van de luchtwegen bedekt, hoort bij deze eerste lijn afweer epitheel. De dekweefsels van de verschillende lichaamsorganen vormen de grens tussen het inwendige en het uitwendige milieu. Hoesten, niezen en braken zijn enkele reacties van het lichaam tegen ongewenste indringers. Ook de spoelende werking van tranen en urine houdt indringers buiten het lichaam.

2e afweerlinie: Het aangeboren immuunsysteem

De tweedelijns afweer bevindt zich in het bloed, in weefselvloeistof en in lymfevaten. Deze afweerlinie bestaat uit diverse typen witte bloedcellen of leukocyten. Ze worden in het beenmerg aangemaakt en vormen de basis voor verschillende immuun cellen van het aspecifieke en het adaptieve immuunsysteem. Witte bloedcellen omsluiten bacteriën, schimmels en andere indringers (fagocytose) om ze buiten gevecht te stellen en vervolgens af te breken.

Het aspecifieke immuunsysteem, ook het aangeboren immuunsysteem genoemd, is voorgeprogrammeerd om bepaalde virussen of bacteriën te herkennen en deze aan te vallen zodra ze het lichaam binnendringen.

De cellen van het aspecifieke immuunsysteem worden ingedeeld in granulocyten, macrofagen, mestcellen, natural killer cellen en dendritische cellen. Granulocyten zijn de eerste verdedigingslinie, omdat ze snel de bloedbaan kunnen verlaten om de binnendringende micro-organismen aan te vallen. Als de granulocyten de bacteriën of virussen bereiken, scheiden ze een aantal stoffen af die de microben en de immuun cellen zelf doden. De dode micro-organismen en granulocyten vormen bijvoorbeeld pus in een wond. Granulocyten leven maar kort, en daarom maakt het lichaam er miljarden van aan. Macrofagen (ook wel monocyten genoemd) noemt men de veelvraten van het immuunsysteem. Dit zijn relatief grote immuun cellen, die via receptoren bacteriën, virussen, dode cellen en andere indringers, kunnen herkennen en afbreken.

Naturel Killer cellen worden gezien als dodelijk type cellen omdat ze geïnfecteerde lichaamscellen aanvallen door gaten te knagen in het oppervlak ervan of ze te dwingen tot een soort celzelfmoord: apoptose. NK-cellen scheiden namelijk een bepaald eiwit af dat een interactie kan aangaan met eiwitten op het membraan van de zieke cel en ervoor kan zorgen dat de cel zichzelf van binnenuit doodt. Geniaal systeem toch.

3e afweerlinie: Het adaptieve immuunsysteem

Het adaptieve (verworven) immuunsysteem is een lerend systeem. Het reageert niet wanneer het lichaam voor het eerst wordt aangevallen door een micro-organisme, maar na een aanval herinnert het zich de vijand en heeft het voor de volgende keer een effectieve verdediging paraat. Wanneer iemand bijvoorbeeld de mazelen heeft gehad, krijgt hij die niet meer terug. Vaccins werken onder meer door dit deel van het immuunsysteem te activeren en je op die manier te helpen beschermen tegen ziekten.

De cellen van het adaptieve immuunsysteem bestaan uit T-lymfocyten en B-lymfocyten. De T-cellen zijn gespecialiseerde moordmachines. Ze worden geactiveerd als ze via receptoren op hun celmembraan antigenen registreren. Een antigeen is een molecuul dat in staat is een reactie van het afweersysteem op te wekken, waarbij antistoffen worden aangemaakt. Virussen of bacteriën kunnen op deze manier herkend worden als lichaamsvreemd, waarna een afweerreactie op gang komt. Met behulp van chemische stoffen doorboort de T-killercel het membraan van de geïnfecteerde cellen en dood het die effectief. Als de geïnfecteerde cellen dood zijn, worden ze door macrofagen opgeruimd.

De voornaamste taak van B-lymfocyten of B-cellen is antistoffen produceren, die het makkelijker maken om micro-organismen af te breken voordat ze de lichaamscellen infecteren. Als de B-cel bijvoorbeeld een bacterie tegenkomt, vergelijkt hij zijn antistof met het antigeen van de bacterie. Is er een match, dan geeft de B-cel de antistof op zijn oppervlakte af, waarna een T-geheugencel de B-cel kan stimuleren en activeren door het hormoon cytokine af te scheiden. Dat zorgt ervoor dat de B-cel zichzelf gaat klonen. Sommige klonen worden plasmacellen die speciaal zijn ontworpen om antistoffen te maken, terwijl andere zich ontwikkelen tot B-geheugencellen die het antigeen in de toekomst snel kunnen herkennen.

Hier een aantal video’s die meer uitleg geven over de werking van het immuunsysteem;

https://www.youtube.com/watch?v=XDpkNBhRlJ0

https://www.youtube.com/watch?v=SXMbx5rifow

https://www.youtube.com/watch?v=hUqLaFrCAh4

Wat mij persoonlijk telkens weer enorm verbaast is, hoe dit allemaal functioneert in ons lijf, hoe extreem geraffineerd dit systeem in elkaar zit en hoe ontzettend complex het ook is. Door dit mini onderzoekje heb ik er natuurlijk een beter beeld van gekregen. Hoewel ik ook hier weer realistisch in ben, want hoe meer je weet, des te duidelijker wordt hoe weinig je weet. Ik ben me er wel weer meer van bewust, dat dit totale interne systeem maar één doelstelling heeft, het organisme wat wij ‘mens’ noemen, gezond houden. De vraag die dan bij me opkomt is, hoe kunnen wij het interne systeem hierbij optimaal ondersteunen. Daarover gaan de overige delen van dit programma.

Bronnen:

Auteur: John van Heel

Samengesteld i.s.m. Marga Verspagen - Balansfactor